RFID

Bij RFID is geen direct "Zichtcontact" tussen schrijf-/leeseenheid en de transponder noodzakelijk. De informatie van de transponder wordt verzonden door middel van elektromagnetische golven. Dit betekent dat deze systemen ook onder zware omstandigheden betrouwbaar en praktisch kunnen worden gebruikt.
PPIC_RFID_Header_6_1400x400

Voordelen voor u

  • Er is geen zichtverbinding tussen de lees-/schrijfunit en de transponder vereist: De elektromagnetische velden dringen door verschillende materialen heen, zoals hout, karton of kunststof, afhankelijk van het frequentiebereik.

  • Integreerbaar: RFID-transponders kunnen worden geïntegreerd in het product of het transportmedium.

  • Robuust en betrouwbaar: Dankzij hun robuuste eigenschappen functioneren RFID-systemen ook betrouwbaar in ruwe omgevingen.

  • Gegevensopslag tijdens het productieproces: Bij gebruik van beschrijfbare transponders in het productieproces kunnen productie- en kwaliteitsgegevens tijdens het proces direct op de transponders worden opgeslagen. 



Deskundigheid

Wat is een RFID-systeem?

RFID, wat staat voor radiofrequentie-identificatie, is een technologie voor het identificeren van objecten met behulp van elektromagnetische velden en golven. Een RFID-systeem bestaat uit ten minste één RFID-transponder en één lees-/schrijfeenheid, die geïntegreerde en/of externe antennes hebben. 

Hoe werkt een RFID-systeem?

Voor de overdracht van gegevens tussen de transponder en de lees-/schrijfunit of RFID-lezer worden elektromagnetische velden gebruikt. De structuur van elke RFID-transponder bestaat uit een antenne en een microchip. Een uniek, onveranderlijk serienummer, de unieke ID (UID), is altijd op de microchip opgeslagen. Afhankelijk van het type transponder en de gebruikte technologie is er op de microchip ruimte beschikbaar voor het opslaan van objectgegevens die specifiek zijn voor de gebruiker.

csm_ipic_rfid_system_final_e8c0983f59

RFID-transponders kunnen actief zijn, wat betekent dat ze een geïntegreerde stroombron gebruiken voor gegevensoverdracht, of passief, wat betekent dat ze de energie die nodig is voor gegevensoverdracht onttrekken aan het elektromagnetische veld van de RFID-lezer. RFID-systemen gebruiken lage frequenties/LF (125 kHz), hoge frequenties/HF (13,56 MHz) of ultrahoge frequenties/UHF (865 MHz tot 928 MHz) voor gegevensoverdracht. De gebruikte frequenties verschillen wat betreft werkbereik, transmissiesnelheid en fysieke interacties in de omgeving.

In welke gebieden kan RFID worden gebruikt?

  • Productiecontrole
  • Toegangscontrole
  • Identificatie van personen en voorwerpen
  • Skid-, container- en palletidentificatie
  • Materiaalstroomcontrole in transportband- en opslagsystemen of de auto-industrie

Waar moet op gelet worden bij het kiezen van een RFID-systeem?

  • Het UID-nummer uitlezen en vergelijken met de database
  • Hoe wordt de lees/schrijfcyclus geactiveerd?
  • Continue modus van de lees/schrijfcyclus
  • Triggering van de lees/schrijfcyclus
  • Moeten de specifieke gegevens van objecten op de transponder worden opgeslagen?
  • Interface en protocol naar het bovenliggende systeem (industrieel ethernet of seriële interface)
  • Concept voor het bewaren van gegevens
  • Gegevens (herhaaldelijk) naar de transponder schrijven

Toepassingen 

Productiecontrole in productiecellen
Produktionssteuerung-in-Fertigungszellen_700x500px_(2)


Identificatie van containers op een transportband
Plastikbehlter-Intralogistik_700x500px